onsvatdiepad.reismee.nl

Woestijn aan Zee

We hebben een paar honderd kilometer op hagelnieuw asfalt gereden, we hebben gravelwegen gehad – veel gravelwegen – en we waren wel weer eens toe aan een nieuw soort wegdek. Het is zout geworden, heel veel zout. Niet gestrooid zoals bij ons, maar als volwaardig wegdek, keurig in twee banen neergelegd. Het enige dat niet is aangebracht, is wegmarkering. Zal wel niet houden op deze ondergrond.

Omdat de twee excursies die we willen maken beide niet op één dag passen, qua drukte bij het boeken, moeten we het terreinrijden in Sandwich Harbour op dinsdag en de zeehonden-en-dolfijnenboottocht op woensdag uitvoeren. Dit betekent concreet dat we dinsdagmiddag niks te doen hebben en dat is waarschijnlijk de eerste keer sinds de hitte in Ngala dat we gaan nietsnutten (lezen, luieren, middagdutje). Het betekent ook dat we twee nachten op deze kampeerplek zullen doorbrengen. En dat is geen straf.

Wanneer we op dinsdagmorgen keurig om acht uur ’s morgens bij de receptie zitten te wachten, verschijnt er geen auto die ons – ondanks de belofte ervan – komt ophalen. Kwart over acht nog niet en dus gaan we nog maar even vragen. Hij schijnt echt te komen en verrek, keurig een half uur te laat verschijnt daar een Landrover Defender (110), die is omgebouwd tot een soort Pausmobiel voor in de duinen. Hij is helemaal op zandrijden ingesteld met z’n boterzachte bandenspanning en brede zandhappers. Nicko heet ons van harte welkom en wij zijn blij dat deze Namibiees ons eindelijk ophaalt.

De Land Rover is een echte Land Rover; het ding tocht aan alle kanten, niks sluit correct en hier en daar is iets afgebroken, waaronder de pook voor hoge en lage ‘gearing’.

Nicko neemt ons mee naar de waterkant, waar zo’n duizend flamingo’s ons staan op te wachten. Het eerste fotomomentje. Het tweede is een stuk spectaculairder; een moederjakhals met zes kleintjes die als een gek aan het lurken zijn aan de speentjes. Moeder staat er wat ongemakkelijk bij te kijken als we onze fotocamera’s op haar loslaten. Ons is betrekkelijk, want we zijn niet de enigen. Achter ons zit een Frans stel, dat aan het Meer van Genève woont en naast mij zit een Amerikaans/Japans stel dat in Duitsland woont. Voorin heeft Mariella plaatsgenomen naast Nicko die vrolijk in het Engels, soms Frans en af en toe Afrikaans tot ons spreekt. Omdat wij Nederlands zijn, kunnen we behoorlijk gemakkelijk met elkaar converseren.

Na de jakhals, neemt Nicko ons via de zoutfabriek mee de duinen in. Het is ongeveer 25 kilometer rijden naar Sandwich Harbour, ons einddoel, en Nicko geeft gas. Omdat zijn kilometerteller stuk is (Land Rover), hebben we geen idee hoe hard we gaan, maar hard is het. Omdat de bandjes nogal zacht zijn, hobbelen we lekker mee.

Na een aantal fotomomentjes, waaronder eentje bij een zeehond, gaan we echt de duinen in en als ik echt zeg, bedoel ik écht. Nicko is een volleerd terreinrijder met als specialiteit zand. Het is bijzonder spectaculair en hoewel ik zelf enige terreinrijdervaring heb, kan ik niet anders zeggen dan dat dit bijzonder spectaculair is. Duinen van 50 meter hoogte neemt de auto met gemak en als we een afdaling maken (eerste versnelling, geen gas, niet sturen), begint de Japanse mevrouw kreetjes te slaken in die Oosterse taal. De afdaling zou in ski-jargon dubbelzwart meekrijgen.

Nadag Nicko ons een dik half uur halsbrekende toeren heeft meegegeven, is het tijd voor oesters met champagne. We gaan lunchen in de woestijn en dat is een mooi contrast. Beetje zoals we in Ngala hebben meegemaakt, tijdens onze safari’s.

Terwijl wij oesters staan te slempen – en ander ongedierte als inktvis, klipvis en weet ik veel wat – heeft Nicko een gekko gespot. Prachtig mooi nachtdiertje die we weer aan onze lijst kunnen toevoegen.

Wanneer we de lange terugtocht hebben gemaakt, zet Nicko ons af in de haven, alwaar we 1.000 dollar de man betalen (7 tientjes in euro’s). Ondanks dat hij ons een lift aanbiedt naar onze kampeerplek, besluiten we te gaan lopen. Althans, we wilden een taxi hebben die ons naar een supermarkt zou brengen en dan naar de camping, maar die vinden we niet. En dus gaan we lopen door de drukke containerhaven – de enige in Namibië – en door de uitgestorven straten van de te ruim opgezette stad. Het is een bijzondere plaats, dat Walvis Bay, omdat de straten leeg zijn, de huizen ver uit elkaar staan en de stad is opgebouwd zoals je dat ook in Amerika ziet: rechte, brede straten met namen als nummers. Het is dus nogal een end lopen naar het centrum waar we een super vermoeden.

Eenmaal bij het verwijsbordje Stadscentrum aangekomen, zien we al vrij snel een supermarkt met liquer store, zodat we eten en drank kunnen inslaan. Nu nog een taxi terug naar de camping. Mariella vraagt het de kassajuf van de drankenhandel. Die zegt dat we aan de overkant van de straat moeten gaan staan en dat er vanzelf eentje langsrijdt. Dat lijkt ons sterk, maar op het moment dat we zijn overgestoken en we ons hebben omgedraaid, rijdt er al eentje langs. En die is bereidwillig tot het ons meenemen. Hij moet nog wel onderweg even een meisje van een jaar of 5 afleveren op school. Op mijn vraag of het zijn dochter is, antwoordt hij negatief. Ik vraag maar niet verder.

Voor 30 dollar zet hij ons bij de poort af en we zijn zo blij dat we zo gemakkelijk aan een taxi zijn gekomen, dat ik hem een tientje fooi geef. Hij is er danig van onder de indruk, terwijl het toch maar 70 eurocent is. Rare wereld.

De rest van de middag wordt zoals gepland verlummeld, al worden we langzamerhand wel wat kriegel van de aanhoudende wind. Die is niet alleen koud, maar neemt ook een hoop zand met zich mee vanuit de Namib-woestijn.

De volgende ochtend mogen we weer vroeg opstaan, ditmaal voor een wat meer ingetogen uitje. Waar terreinrijden nog iets is voor echte bikkels, is varen toch meer wat belegen. Beetje op een boot rondhangen en wachten tot er wat gebeurt. En ook een stuk minder exclusief. Daar waar we de ‘Dunes’ in gingen met z’n zessen, zitten we nu op een catamaran met 30. Maar goed, beetje bootje varen is nik mis mee. En ook nu weer oesters met champagne. En guitig commentaar door de meereizende gids, die alles in het Engels en Duits opdreunt, met in beide talen dezelfde grapjes. Wie zegt er nu nog dat Duitsers geen humor hebben?

Van de ruim 50.000 zeehonden die de lagune rond Walvis Bay herbergt, is er een aantal dat stoer genoeg is om de boten op te komen voor een maaltje vis. Dit natuurlijk ter vermaak van de aanwezige gasten die dit welkome aanmonsteren wel kunnen waarderen. Ook pelikanen en meeuwen mogen zich graag vergrijpen aan een half visje en zo is het aan boord een komen en gaan van beestspul. Wie niet aan boord komen, zijn de dolfijnen. Die beperken zich tot het rondom de boot zwemmen en op gezette tijden opspringen. Schijnt dat ze spelen leuk vinden.

Nadat het aanmeren veilig is gebeurt en wij door het busje weer bij onze Toyota HiLux zijn afgeleverd, starten we de motor en verlaten na een boodschapje bij de Spar te hebben gedaan, Walvis Bay. Als we de stad uitrijden, zien we direct al de weg naar Swakopmund voor ons. Keurig in asfalt, met palmbomen links en palmbomen rechts. Aan de linkerkant, zien we nog een keurig aangelegd Townshipje, waarvan de helft is bewoond en waar bij menige woning een auto staat. Heel anders dan in Zuid-Afrika. De rechterkant biedt ons een blik in de woestijn en zo maakt dit geheel een rare indruk: een stad ingeklemd tussen zee en woestijn, met dertig kilometer noordelijk een andere stad en verder honderden kilometers alle kanten op met helemaal niks.

Swakopmund is volgens onze reisgids twee tot drie dagen bezoek waard en wij doen het in 10 minuten. Het gaat mij er eigenlijk alleen om dat ik de Duitse architectuur eens goed van dichtbij kan zien en het besturen van een tank door de rustige straten van de stad is daar prima mee te combineren. We zijn in Afrika, maar als men Fulda, Weimar of Jena had gezegd, had ik het ook geloofd. Het enige dat ik als een gemis ervaar, is het feit dat we geen Konditorei zijn binnengegaan. In 2015 maar weer eens naar Duitsland of Oostenrijk, derhalve.

Volgas gaan we vanaf het Shellstation richting noorden; we moeten de Skeletonkust af en die is ongeveer 400 kilometer lang. Waar we in Walvis Bay nog werden overvallen door de plotse terugkeer van asfalt, gaan we er nu 50 kilometer verderop weer afscheid van nemen. We gaan het zout op. En net als met de gravelwegen mag je er 100 op en dat doen we ook. Het gekke is, je merkt er niks van dat we op een samengestampte zoutlaag aan het rijden zijn. Het ligt er bijzonder strak bij en er is geen hobbeltje dat me doet terugverlangen naar teer.

Vandaag moeten we nog 150 kilometer afleggen en dat doen we bijzonder snel. Komt ook doordat er nauwelijks verkeer is. Heel soms een tegenligger en nog minder vaak iemand die je inhaalt. Omdat er geen verkeer is, kijk ik zelden in m’n spiegel en soms rijdt er plotseling een auto naast mij die niet 100, maar 110 of 120 gaat.

Onderweg komen we een plaats tegen, genaamd Henties Bay, waar we 44 liter diesel kopen. Nu hebben we weer 140 liter aan boord en dat is geen luxe, want de komende 500, 600 of meer kilometers is er van deze krachtstof vrijwel niks te krijgen. Na een kleine twee uur hebben we ons doel bereikt: Cape Cross. Dat is geen plaats, maar een zeehondenbeschermplek en een hotel/camping. Het waait er bijzonder hard.

We checken in voor een plek voor onze camper met tentdak. Nogmaals, het waait hard. We mogen hem neerzetten op plek 16. Verder staat er niemand. Op plek 16 waait het hard. Niet als je naast de auto staat, maar wel als je richting dak gaat, waar onze tent zich bevindt. Zo’n daktent heeft geen scheerlijnen, maar wel veel uitstekende flappen en ik zie een rumoerige nacht in het vooruitzicht. Mariella stelt plek 5 0147258369

voor, daar is het minder winderig. Als ik mijn kop boven de 2.10 hoge auto uitsteek om de tent vrij te maken, zie ik even verderop twee windmolens die een wedstrijd doen wie het hardst kan draaien. Het is onbeslist. Wat wel wordt beslist, is dat kamperen er vandaag helaas niet in zit, we moeten upgraden naar een hotelkamer, met terras op 25 meter van zee.

Een enorme straf die we gelaten ondergaan.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!