'Follow the Yellow Brick Road'
Al sinds we Swaziland hebben verlaten, volgen we de snelweg N2, die de ene keer een vierbaansweg is, de andere keer niks breder dan twee banen en – in de buurt van Durban – soms een anderhalve weg (om de zoveel kilometer mag een richting de middenbaan gebruiken). De weg begint in Ermelo en eindigt in Kaapstad. Van de ruim 2200 kilometer die de weg lang is, volgen we er naar schatting zo’n anderhalf duizend. Tot we in Kaapstad zijn.
Maar voor het zover is, mochten we vandaag eerst weer 100 kilometer N2 wegtuffen met onze Polo. En omdat we eerst 10 kilometer op de N2 de verkeerde kant op gingen, werden dat er dus 120. Maar dat had een reden.
Voor het zover was, stond ons eerst het ontwaken te gebeuren in ons knusse tweekamerkusthutje. De golven sloegen nog net niet op de patio te pletter, al stormde het iets minder dan de avond ervoor. Het heeft ons ter plekke doen besluiten eens een lang weekend in Bretagne op exact dezelfde wijze een tijdje te verpozen. Het leest nu eenmaal lekker boeken weg in een luie stoel met briesende branding op de achtergrond.
Na het ontbijt was het tijd om Tsitsikamma te verlaten. En wie ooit in de buurt is van het restaurant in Storm River Mouth Rest Camp, dit is het wachtwoord van hun Wifi.
Zoals gezegd namen we niet de N2 naar links, maar naar rechts. Dus in de richting van Ermelo, dat een slordige 1700 kilometer verderop ligt. We zullen zover vandaag niet komen, omdat we alleen maar een stukje terug willen om een reuzenboom te bekijken en een kloof te bezoeken, die naast het mooist gelegen benzinestation van Afrika ligt. De boom is ontegenzeglijk enorm. Of zoals de Afrikanen dat noemen de Tsitsikamma groot boom. Meter of 40 hoog en meter of 10 in omtrek. In totaal kunnen er heel wat bijzettafeltjes Björn van de Ikea uit worden gezaagd.
Kilometertje of vijf verderop ligt een kloof die Mariella een dag eerder – toen ik er met de Polo met 110 kilometer per uur overheen raasde – heeft gespot. Moesten we nog maar even bekijken. Geen punt, de 1.6 is zuinig en de kloof ligt dus naast een benzinestation. Bij het uitstappen treffen we een Duits stel aan waarmee we in St. Lucia op de boot hippo’s en krokodillen hebben zitten bekijken. Dat is op zich niet zo raar, maar wel dat er tussen daar en hier ruim 1500 kilometer afstand zit. Het is alsof je eerst iemand bij de Keukenhof treft, om die een week later bij de Sagrada Familia in Barcelona weer tegen te komen.
Eenmaal op de brug aangekomen, krijgt Mariella last van knikkende knieën. Gevalletje hoogtevrees. Geen nood, dan gaan we maar roken (zij) achter een hekje achter het benzinestation. Kunnen we het ook mooi zien. Na 10 minuten is het kijken mooi geweest en rijden we door een fikse regenbui de afstand naar Knysna dicht. Wij zeggen al een week lang Kniesjna (op ons beste Pools, zoals we ook zo mooi Szczecin kunnen zeggen). Blijkt dat ze het hier gewoon Naaihsnâh noemen. Nou, wij blijven gewoon Kniesjna zeggen.
Onze lodge is wederom prachtig gelegen, al is het maar 100 meter van de N2 af, met uitzicht over de uitgestrekte laguna van het plaatjes, dat aan het einde door de Heads wordt omsloten. Als je tussen de Heads doorvaart, kom je op open zee, dus het stadje ligt mooi verscholen. Dat is handig bij storm (en de regen van vandaag). Omdat wij Hollanders zijn en niet van suiker, gaan we de 3 kilometer naar het stadje gewoon wandelen, regen of niet. In Holland schijnt het ruim 20 graden te zijn, hier moeten we het met een stuk of 15 doen.
We lopen de ruime bocht om de laguna heen, op weg naar het winkelcentrum voor een buitensportzaak, zodat Mariella een trui kan kopen. We zijn dan wel niet van suiker, we willen ook geen bevriezingsverschijnselen oplopen. Het betreden van het winkelcentrum en het aankopen van de trui gaat soepel. Het verlaten daarentegen is een ander verhaal. Hoe we er uiteindelijk terechtkomen, kunnen we niet meer reconstrueren, maar we komen in een personeelsruimte terecht die met een hek is afgeschermd van de straat. De beveiligingsmevrouw snapt dat wij met een tas met een trui erin weinig kwaads in de zin hebben en geeft ons de gelegenheid het immense gebouw te verlaten via dat hek. Ik sluit niet uit dat er meer toeristen op deze wijze verdwaald raken en moeten worden bevrijd.
Om onszelf te troosten voor zoveel slecht weer op één dag, gaan we maar uitgebreid lunchen en eten we vanavond een broodje (scheelt ook weer een fikse tocht naar de stad). Mariella lekker aan de oesters en mosselen, ik kies voor de Indiase keuken. Zowel de slurpschelpen als de curry zijn van uitzonderlijke kwaliteit!
De terugtocht is even lang als de heen, ook al omdat we weer via het winkelcentrum gaan, alwaar we tonic gaan kopen. Dat is een basisingrediënt van Gin-tonic. Gisteren hadden we dat drankje – dat zo gewillig ter beschikking wordt gesteld door de firma Schweppes - ook nodig en hebben we er een fles van afgenomen van de plaatselijke supermarkt. Bij het mengen van de gin met de frisdrank, merkten we nog niks. Bij het proeven wel en bij het lezen van het etiket wisten we het zeker. We hadden heel pavlov een fles van Schweppes gekocht dat heel erg op tonic leek zoals dat in Holland ook wordt verkocht. Maar we hadden niet beseft dat Schweppes hier in Zuid-Afrika heel enthousiast water met koolzuur, dus zonder smaakje, produceert en verkoopt. Tonic is helemaal niet in flessen te krijgen, maar slechts in blikjes.
En gin-tonic zonder tonic maar met bronwater is niet te drinken... Dat is wel duidelijk. Maar nu we het juiste ingrediënt hebben, staat niets ons een heel fijn drankje op de veranda in de weg. Nou ja niets, we moeten eerst nog drie kilometer langs de N2 wandelen voor we kunnen gaan mixen.
We blijven ons keurig verplaatsen over de gele bakstenenweg, tot we in Kaapstad zijn.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}